
Welke kleding moet je aan
Praktijkexamen Motor
Voor de uitrusting (helm, schoeisel, handschoenen en kleding) geldt dat deze een redelijke mate van bescherming moet bieden, ook tegen en/of rekening houdende met de heersende, dan wel redelijkerwijs te verwachten (weers)omstandigheden. Deze bescherming is zodanig dat bij (onvoorzien) contact met het wegdek of de motor (bv. de uitlaat) niet direct letsel ontstaat.
Voor motorexamens en -toetsen heb je daarom de volgende uitrusting aan:
* een goedgekeurde (ECE-keurmerk) en goedpassende motorhelm met vizier en sluiting om deze op het hoofd te bevestigen. Een goedgekeurde helm met sluiting, maar zonder vizier wordt toegestaan wanneer een (zonne)bril wordt gedragen;
* stevige schoenen, die tenminste de enkels bedekken en beschermen;
* handschoenen, die de hand en pols volledig bedekken en beschermen;
* een broek, die de benen volledig bedekt en beschermt; voorzien van CE gekeurde heup en knie stukken.
* een jas, die het bovenlichaam en de armen volledig bedekt en beschermt, voorzien van CE gekeurde elleboog- en schouder protectoren
Voldoet de kleding niet (geheel) aan deze drie eisen, dan moet op het eerste gezicht aannemelijk zijn dat de kleding onder de te verwachten (weers)omstandigheden voldoende bescherming kan bieden bij (onvoorzien) contact met het wegdek of de motor (bv. de uitlaat, of schakel- en rempedaal) zodat niet direct letsel ontstaat. Het CBR kan geen garanties afgeven ten aanzien van deze bescherming. De kandidaat aanvaardt zelf de risico’s van het niet voldoen aan de eisen.
De examinator controleert en bepaalt of je de juiste uitrusting aan hebt om aan het praktijkexamen motor deel te nemen.
(bron: CBR)