
#MotoTech
Driewielconcepten
Motorfietsen met drie wielen zijn er al lang. Maar moderne 'trikes' verschillen behoorlijk van conventionele trikes. Ze kunnen overhellen in de bocht. Yamaha, Peugeot en Piaggio gebruiken daarvoor echter hun eigen concepten. Peter Wilmink van MotoPort Almere legt de verschillen uit.

Piaggio
MP3
Piaggio was de eerste die met een driewieler kwam, die net als een gewone tweewieler kon overhellen in de bocht: de MP3. Bij de MP3 heeft elk voorwiel een schommelarm-voorvork, elk voorzien van een eigen schokdemper. Aan de bovenkant zijn de vorkpoten scharnierend aan een soort schommelmechanisme bevestigd. Dat mechanisme bestaat met twee boven elkaar geplaatste hevels, die elk om een as op het frame kunnen draaien, als twee boven elkaar geplaatste wip-waps. Als je de scooter in de bocht laat overhellen, dan kantelen de beide hevels, waardoor de MP3 zijn binnenwiel intrekt en zijn buitenwiel uitsteekt. De veerpoten blijven parallel aan de verticale as van het voertuig staan, zodat de banden dus ook met de schouders op het asfalt komen te staan. Ze worden met ongeveer dezelfde wieldruk op het asfalt geduwd. Om gemakkelijk te kunnen parkeren, kan het hevelmechanisme worden vastgezet. Dat gebeurt met een elektrisch bediende remklauw en een grote stalen plaat. De remklauw zit bij het balhoofd aan het frame vast, de plaat zit vast aan de onderste hevel.
Ackermann
Als de rijder aan het stuur draait, bedient hij eigenlijk een armpje aan de onderkant van de balhoofdpen. Die duwt tegen een horizontale stang, die is verbonden met hefbomen aan de veerpoten. Zo kunnen de veerpoten en de wielen de bocht in draaien. Omdat het binnenwiel in een bocht een kleinere weg aflegt dan het buitenwiel, moet het ook een scherpere bocht maken. Het binnenwiel zal dus bij het insturen verder moeten indraaien dan het buitenwiel. Daarom staan de hefbomen aan de voorzijde van de veerpoot onder een kleine hoek naar buiten. Dat zorgt ervoor dat het binnenste wiel een grotere hoekverdraaiing krijgt dan het buitenwiel. Dat heet een 'Ackermann geometrie'.

Peugeot
Metropolis
Peugeot heeft met de Metropolis ook een overhellende scooter. Peugeot kiest echter voor een auto-achtige oplossing. De wielen zijn daarvoor aan de onderkant met fuseekogels aan twee triangels bevestigd, die in het midden van de scooter aan het frame zijn bevestigd. Aan de bovenzijde zit die wielnaaf vast aan twee verticale, starre poten van spuitgietaluminium, die net als onderaan met twee triangels vastzitten. Bovenop elke triangel zit een hefboom. Deze hefbomen zijn met elkaar verbonden via een monoschokdemper, die voor de vering en de demping zorgt. Als beide wielen inveren, dan wordt de monoschokdemper aan twee zijden ingedrukt. Rijdt een van beide wielen over een hobbel, dan wordt het andere wiel via de schokdemper enigszins omlaaggedrukt, wat voorkomt dat de Metropolis erg opzij 'rolt'. Bij de Metropolis zitten de stuurarmpjes aan de achterkant van de 'veerpoten', waardoor ze ietwat schuin naar binnen moeten staan om de Ackermann-geometrie te krijgen.

Yamaha
Niken
Het kantelsysteem van de Yamaha Niken vertoont grote overeenkomsten met dat van Piaggio. Het bestaat uit twee als 'wip' fungerende hevels, die boven elkaar geplaatst zijn. Elk voorwiel heeft echter twee achter elkaar geplaatste veerpoten. De achterste veerpoot heeft een diameter van 43 mm en is voorzien van instelbare veervoorspanning en instelmogelijkheden voor de in- en uitgaande demping. De voorste, 41 mm vorkpoot dient voor de wielgeleiding en het opvangen van het torsiemoment, dat vooral bij het remmen groot is. Opvallend is, dat de veerpoten die aan de buitenzijde van de wielen langs lopen omdat dat een grote hellingshoek van 45° mogelijk maakt.
Dubbele scharnieren
De Yamaha Niken heeft ook een andere stuurinrichting dan de MP3. Het stuur scharniert niet in het balhoofd, maar in een tweede, verder naar achter geplaatst lagerhuis, zodat de rijder beter bij het stuur kan. De echte balhoofdpen wordt via een hefboommechanisme met scharnieren bediend, als een soort afstandsbediening. De stuurstangen zelf zijn bij de vorkpoten met een slim, dubbel scharnier aan de stuurarmpjes verbonden. Daardoor ontstaat niet alleen een Ackerman geometrie, maar wordt de stuurhoek ook aan de hellingshoek aangepast. Dus net weer een stukje slimmer, wat nodig is omdat de Niken een echte motorfiets is, waarmee sneller en sportiever wordt gereden.