Afkicken van motorfietsen

Kun je jaloers zijn op jezelf? Die vraag stel ik mezelf als ik op een dag kijk naar foto’s van toen ik nog in Nederland woonde. Dat zit zo: op de meeste prenten zie ik een aanstekelijk blije versie van mezelf, en laat dat nou net het geval zijn als ik op een motor zit of ervoor poseer. Als blije Paul was ik in die tijd onder andere verslaggever voor MotoDrive Magazine en Motor Magazine en in die functie dompelde ik mezelf onder in het Nederlandse motorwereldje. Hobby werd werk.

Paul-van-Hooff2---MotoPort.nl

Veertien jaar geleden streek ik neer in Sucre, Bolivia, waar ik als vader van Santiago en Sebastian een ander leven voor mezelf heb gecreëerd. Een mooi leven, daar niet van, maar toch is er sprake van één groot gemis en dat zijn motorfietsen. Door omstandigheden staat mijn trouwe en geliefde Moto Guzzi V7, ‘Guus’, alweer zeven jaar niet op Boliviaanse bodem, maar in een (verwarmde) schuur in Nederland. Om de wind weer in mijn gezicht te voelen, zou ik natuurlijk voor een habbekrats een Brozz of een Xinling kunnen aanschaffen. Dat zijn Aziatische motoren van matige kwaliteit die vooral in landen als Bolivia gretig aftrek vinden.

Europese of Amerikaanse motoren zijn hier niet te betalen door enorme importheffingen, met als gevolg een verkeersbeeld dat wordt gedomineerd door een hoop geknetter. Laatst betrapte ik mezelf op kinderlijk veel enthousiasme toen ik op de plaza een Honda Shadow uit ‘96 geparkeerd zag staan.

 

Paul-van-Hooff3---MotoPort.nl

BEVOORRECHT

Met enige weemoed vlooi ik door de vele foto’s en realiseer me hoe bevoorrecht ik toentertijd wel niet was. Wat voor mij nu onbereikbaar is, was ooit net zo vanzelfsprekend als, zeg maar, nieuwe schoenen. Eén motor liet ik bewust bouwen. Dat was de Moto Guzzi SP1000, getransformeerd tot een caféracer met een twintig liter aluminium tank. Met de caféracer begon ik in de jaren negentig langere reizen te maken naar Zuid-Spanje en zelfs een keertje via het oude Oostblok naar Griekenland. Tijdens die reizen plantte ik het zaadje voor mijn latere zwerftochten over de wereld. Maar ook de caféracer ruimde het veld.

Ik beloonde mezelf aan het einde van de werkweek steevast met bezoekjes aan motordealers. Dan liep ik met een plastic bekertje dampende automaatkoffie in mijn hand kwijlend van verlangen rond om te zien wat de markt zoal te bieden had, en het kwam veel voor dat ik de motor waarop ik was gekomen achterliet om met een nieuwe huiswaarts te gaan. Mijn honger naar meer beleving was niet te stoppen en nu, terugkijkend, kan ik niets anders vaststellen dat ik een soort van motorjunkie was. Dat verklaart ook meteen de verscheidenheid aan motorfietsen die ik op de foto’s zie. Neem de oranje Buell M2 Cyclone bijvoorbeeld die met zijn korte wielbasis zeer geschikt was voor wheelies. Ik reed er onder andere mee naar de Isle of Man. Maar de Buell werd alweer snel ingeruild, met veel bijbetaling, voor een Ducati 748SP Monoposto die ik op zo’n vrijdagmiddag in een motorzaak zag staan. De Duc gebruikte ik om mijn rondetijden aan te scherpen op  Assen. Dan deed ik alsof ik een WK Superbike coureur was.

Om de totale afwezigheid van motorbeleving in Bolivia te compenseren, schreef ik een roman over motorfietsen, De coureur. Tijdens mij research moest ik zoveel mogelijk te weten zien te komen over de MotoGP en de Vincent Black Shadow van de overleden dichter Jan Hanlo, en tijdens het schrijfproces merkte ik dat ik steeds vrolijker werd.

Paul van Hooff - MotoPort.nl

WEINIG TE KLAGEN

In september vorig jaar was ik voor De coureur in Nederland en besloot ik om mijn oude verslaving recht in de bek te kijken. Ik ging meteen door naar Nieuwlande, waar mijn V7 onderdak heeft gevonden in de hobbywerkplaats van een dierbare vriend. Tevreden stelde ik vast dat Guus weinig te klagen had. Hij stond vrolijk te zijn tussen andere Guzzi’s, met de druppellader als infuus voor de accu, maar zou de motor aanslaan na tweeëneenhalf jaar stilstand? ‘Vast wel,’ zei Henk, die dierbare vriend. En verdomd, na een paar keer op de startknop te hebben gedrukt, sloeg Guus rustig aan en wiebelde tijdens de stationaire slag op de zijstandaard. Ik trok mijn leren jackie bij Henk van de kapstok, zette mijn potje op en reed het terrein af. En ja hoor, ik raakte zowaar ontroerd toen we even later langs boerderijen en uitgestrekte velden reden. Moeiteloos verplaatste ik mezelf terug in de tijd toen we over eindeloze wegen naar uithoeken van de wereld reden.

Ik ging gelukkig niet met lege handen weg bij Henk. Hij zette me op een Moto Guzzi 1100 EV die ik tijdens mijn verblijf in Nederland mocht gebruiken. Achter het scherm liet ik mijn handen losjes op het stuur rusten, keek op mijn gemak om me heen, voelde de wind weer langs mijn gezicht gaan en genoot als nooit tevoren.

Paul-van-Hooff---MotoPort-Almere---MotoPort.nl

LANCEERPLATFORM

Geen etalage is voor mij zo aantrekkelijk als die van een motorzaak. Daarachter kom ik dus tussen al dat blinkend chroom tot rust, of beter gezegd: tot leven. Zo was het geval bij MotoPort Leeuwarden, waar ik de EV op zijn zijstandaard klapte. Mark, de eigenaar en goede vriend, leidde me rond en informeerde langs zijn neus weg naar mijn favoriet. Mijn oog viel op de Buell 1125R met 146 pk watergekoeld Rotax V-twin blok. Prompt kreeg ik de sleutel in handen gedrukt. Wat ooit zo vanzelfsprekend was - kennis van het rijgedrag van allerlei typen motorfietsen - werd een ervaring die ik niet snel zal vergeten. Met mijn potje op mijn achterhoofd had ik het gevoel dat ik afgeschoten werd vanaf een lanceerplatform. De koppeling bediende ik met mijn wijsvinger, één vinger!

Later die maand parkeerde ik de EV voor het pand van MotoPort Almere. Zoals vroeger grasduinde ik door de zaak, en verbaasde me over de kwaliteit van de kleding, de helmen, de motorfietsen. Alles is tegenwoordig tot in perfectie uitgevoerd, modieus en veilig. Als kers op de taart gunde Peter Wilmink me een rondje op de BMW R18 cruiser, die ik alleen van internet kende. Weer die ontroering toen ik in het zadel zat, maar dan puur door de techniek, hoe alles feilloos op elkaar is afgestemd, de heerlijke zit, het bizarre vermogen ‘onderin’, zijn schoonheid, etcetera. Helaas ging mijn tijd in Nederland snel voorbij. Ik ben nog steeds aan het afkicken.